'Achteraf gezien had ik geen beter keuze kunnen maken''

De Nederlandse competitie wordt al lange tijd door buitenlandse clubs en spelers bestempeld als een goede leerschool. Dat ervoer oud-Vitessenaar Aleksandar Rankovic ook.

"Ik speelde voor RAD Belgrado en kon naar Rode Ster en Partizan. Maar plotseling meldde Vitesse zich. Ik was nieuwsgierig of ik die stap naar het buitenland aankon. Achteraf gezien had ik geen beter keuze kunnen maken", zegt Rankovic in Voetbal International.

"Vitesse kende ik, er speelden veel jongens uit de Balkan-regio. Bosko Bursac werkte al lange tijd als scout en ik trof Dragoslav Jevric en Dejan Stefanovic in Arnhem. Dat maakte de stap iets makkelijker", blikt de middenvelder terug. "Maar het was wel wennen. Arnhem is geen Belgrado, er heerst een andere cultuur en ook het voetbal is anders." 

Hoewel Rankovic leerde voetballen in Belgrado, ontwikkelde hij zich in Arnhem. "Ik noemde het een opfrissing. Ik leerde op een andere, nieuwe manier over voetbal na te denken en anders te voetballen", legt hij uit. "Ik ben altijd een defensieve speler geweest, hier heb ik leren aanvallen."

"Het niveau van de training was bizar hoog. Ik leerde heel veel. En we deden alles met een bal, hè. Was ik niet gewend. In Servië is het in het begin vooral lopen", aldus de Serviër over de verschillen. "In Servië staat de trainer boven de groep en draagt hij de spelers op wat ze moeten doen, in Nederland denken ze mee. Hier mogen spelers ook vragen waarom ze iets moeten doen, in Servië durf je niks te vragen."